Month: October 2017

De deur naar Wonderland

Mijn Alice in Wonderland-wc is nooit af. Maar zojuist heb ik hem wel weer een stukje verder gecompleteerd.

Toen ik de Alice in Wonderland-klok bestelde via Etsy, bestelde ik bij een andere verkoper gelijk een ander item mee waar ik ook al dik een jaar over aan het kwijlen was: een Alice in Wonderland-deurknop! Helemaal gemaakt naar het voorbeeld van de deurknop in Disney’s tekenfilm. En hij werkt nog echt ook, dus je kunt hem daadwerkelijk als deurknop gebruiken. Hoe gaaf is dat??

 

Nadat hij was gearriveerd, was ik iets minder enthousiast. Allereerst kon ik een klacht indienen bij PostNL, want de pakketbezorger had het pakje vanwege de importkosten rechtstreeks bij de Bruna achtergelaten, zonder mij daarover te verwittigen. Stel je voor dat je via Etsy ziet dat éindelijk je pakket wordt verzonden, dat het de weg van de US naar Nederland succesvol aflegt, dat de douane het hiep-hiep-hoera binnen 1 dag inklaart en dan… dat het bezorgd is. Terwijl jij niemand aan de deur hebt gehad. Geen idee wie de pakketdienst was die het pakje in Nederland bezorgde, en ik had alleen een Amerikaanse trackingcode van USPS. De verkoper kon het pakje niet verder volgen dan de grens. Succes ermee. Maar gelukkig slaagde mijn random bel-actie naar onze pakketbezorgbedrijven en kreeg ik uiteindelijk via PostNL toch te horen waar mijn pakje was gebleven.

Toen kwam frustratie 2: Amerikaans deurbeslag blijkt een compleet ander systeem te zijn dan het Nederlandse. Dus paste deze knop niet op mijn bestaande beslag. Weliswaar was het complete Amerikaanse systeem meegeleverd, maar dat kon ik ook niet zomaar in de deur zetten want dat was heel smal terwijl ik na verwijdering van het huidige systeem, een enorm gat in de deur zou overhouden. Meh. :-(

Maar ik zou ik niet zijn als ik niet bij de pakken neer zou gaan zitten. Wat waren mijn opties?

Ik kon een Nederlandse ronde deurknop kopen in ongeveer dezelfde tint en die onder het opzetstuk gebruiken. Maar je zit al snel op minimaal €60,- voor een draaiende deurknop, áls je er al eentje in precies de juiste vorm en tint vindt, en ik moest hem wel fysiek kunnen uitproberen om te kijken of hij onder het opzetstukje zou passen. Dat zou ook nog eens een hoop verzendkosten kunnen gaan kosten.

Misschien kon ik de binnenkant van de knop opvullen, zodat de Nederlandse metalen stift er toch in zou blijven haken? Maar waarmee dan? Purschuim of kit zou niet op kunnen tegen de continue kracht van het draaien.

Uiteindelijk heb ik een stukje metaal gevonden dat precies de speling tussen de opening in de knop en de metalen stift op kon vullen. Dat werkt ongeveer. Er waren nog diverse andere problemen die ik moest oplossen, waar ik jullie niet mee zal vervelen, maar het zit en werkt nu eindelijk. Dat er geen ruimte onder het opzetstukje was voor het slot, waardoor ik deze heb afgezaagd en het slot aan de binnenkant nu los zit, neem ik maar op de koop toe. Net als mijn vrees dat, omdat de knop redelijk stroef draait, de verf daar op den duur zal loslaten.

Maar hee, ik heb nu een heuse ingang naar Wonderland!

En om het helemaal af te maken, prijkt ook een sticker met het Witte Konijn en de tekst ‘Follow the White Rabbit’ op de deur. Zelf ontworpen en mijn allerliefste Zwusje heeft mijn ontwerpje omgezet in een vinylsticker! <3

En zo ziet het er samen uit:

Superleuk toch??

Optreden met Bard & Company

Gisteravond presenteerde de Ierse folkband Bard & Company hun nieuwe cd. Ik ken een aantal bandleden via via en ze hadden mij gevraagd of ik voorafgaand aan hun optreden de bezoekers wilde verwelkomen met doedelzakmuziek. Leuk, doe ik!

Hee, misschien kon ik een ook nummertje met hen meespelen? Ze waren bezig met het nummer ‘Homeland‘ en daar komt een doedelzak in voor. Wellicht kon ik die partij op me nemen?

Na even geluisterd te hebben, besloot ik dat dat moest kunnen. Ik was even bang dat ik een volledige melodielijn aan de hand van een Youtubevideo moest gaan uitzoeken, maar het bleken eigenlijk maar een paar lange noten te zijn die steeds herhaalden. In een van de coupletten ging de uilleann pipes (Ierse doedelzak) wat lager dan mijn lage landen doedelzak aan kan, maar als ik alleen de refreintjes en het instrumentale intermezzo meespeelde moest dat wel lukken.

Het was wel de vraag of onze instrumenten mooi met elkaar zouden stemmen en matchen qua klank. En qua volume, want zij spelen versterkt. Niek was vooraf even bij mij thuis langsgekomen voor een eerste indruk samen met de zang en akoestische gitaar en die was goed (na het eerste refrein stopte hij al en zei: “Ik hoor het al.” “…dat gaat niks worden”, vreesde ik dat hij er achteraan zou plakken. Maar nee, hij bleek het juist heel mooi te vinden. :-) ). Maar verder zou het voor ons allemaal een verrassing blijven hoe het in praktijk uit zou pakken, want er was geen mogelijkheid meer om met z’n allen te repeteren.

Het optreden gisteravond was dus ook echt de eerste keer dat we het volledige nummer met z’n vijven samen speelden… Gelijk voor een volle zaal (zo’n 100 man) publiek. No pressure! :-P

Maar ik was helemaal niet zenuwachtig; het ging hartstikke goed en ik heb genoten!

Het scheelt dat dit zo anders is dan wat ik normaal deed: met Ernic speelde ik technisch, melodisch en ritmisch vaak behoorlijk ingewikkelde stukken, want als je alleen maar twee melodie-instrumenten hebt, moet je flink je best doen om het interessant te houden voor luisteraars. Maar dit soort folkdeuntjes liggen supermakkelijk in het gehoor en de andere bandleden zorgen al voor een hele goede basis, dus als ik dan alleen nog op logische momenten een paar logische noten hoef te spelen, hoef ik me daar echt niet druk over te maken.

Het publiek was gelukkig ook enthousiast, want er kwamen enorm veel positieve reacties achteraf!

En zoiets leidt altijd tot meer. Natuurlijk moeten we vaker samen iets gaan doen! En Niek had ook nog wel een studioprojectje waar een doedelzak heel leuk bij zou zijn. Oh hee, ben ik in oktober 2018(!) toevallig beschikbaar? Want een koor waarmee de band dan samen gaat spelen vond dit zo leuk klinken dat ze heel graag willen dat we dit nummer dan ook gaan uitvoeren. Sure… :-D

Als dankje voor het vooraf ontvangen van de bezoekers en het meespelen kreeg ik een bos bloemen én een exemplaar van hun nieuwe cd. Yay! En de rest van de avond kon ik gewoon lekker zitten luisteren en genieten van hun optreden. Superleuk!

Spaans, les 2

Zojuist terug van de tweede les Spaans. Het belangrijkste dat ik heb geleerd: ik word oud…

In al mijn naïviteit dacht ik dat een taalcursus zou bestaan uit lessen theorie, woordenlijsten die je uit je hoofd moet stampen, en daarna oefeningen maken waarbij je gebruik maakt van de theorie en lijstjes uit het boek. Vergeet het maar. Tegenwoordig doet men blijkbaar niet meer aan lijstjes: je zoekt de woorden die je nodig hebt om je huiswerkoefeningen te maken maar gewoon op via Google of Vandale.nl.

Superonhandig – dit kost toch extra tijd?? Ik leer het woord daar echt niet sneller of beter door. Maar ik was de enige die er problemen mee leek te hebben.

Mijn mede-studenten liepen tegen een heel ander probleem aan: voor een van de huiswerkoefeningen hadden we naar gesproken teksten moeten luisteren, die op de bij het lesboek meegeleverde cd stonden. Twee meisjes bleken geen cd-speler meer in hun computer te hebben en hadden geen idee hoe ze de inhoud dus af moesten luisteren. Een cd paste namelijk ook niet in hun telefoon.

Mijn hemel… archaïsche ikke is net gewend aan het gegeven dat mijn pc geen diskettestation meer heeft… :-X (Wat ik maar niet heb gezegd, want dan was de vraag waarschijnlijk: “Wat is een diskette?” *snik*)

Dancing at the Darcy’s

Afgelopen zaterdag was het eindelijk zo ver: Dancing at the Darcy’s! Een Victoriaans LARP-evenement dat zich afspeelde in Londen, 1872, en draaide rondom het bal dat gegeven werd ter ere van de verloving van een dame en heer uit de high society.

De locatie alleen al was fantastisch: kasteel Wijenburg in Echteld (ja, de plek waar Mark en ik zijn getrouwd). Helemaal perfect, want alle kamers zijn prachtig gedecoreerd met o.a. kroonluchters en grote open haarden, er is een heuse bibliotheek, een grote ruimte die als balzaal en eetzaal kon dienen, een kelder waar de vertrekken van de bedienden waren, en een mooie tuin waar je rond kon wandelen en geheime rendez-vous kon hebben. En dan de kostuums… echt supermooi! Alle dames hadden prachtige jurken aan en de heren waren strak in jacquet of uniform. Ook de bedienden waren supersfeervol in zwart met witte details. Het plaatje was helemaal compleet. Zoals iemand opmerkte: alsof we in een BBC-kostuumdrama terecht waren gekomen. Het kon zo op tv.

De spelers waren in twee groepen verdeeld: ‘upstairs’ (de hogere klasse) en ‘downstairs’ (het personeel). Die hebben compleet verschillend spel gehad, want als upstairs-persoon negeer je het feit dat er bedienden rondlopen en als bediende hoor je de upstairs bevelen zonder commentaar op te volgen, maar er liepen genoeg lijntjes tussen beide groepen om elkaar toch nodig te hebben. Bovendien: juist doordat de bedienden als meubilair werden gezien en, in tegenstelling tot de upstairs-gasten, wel in alle kamers mochten komen, konden ze overal luistervinkje spelen en de opgevangen informatie gebruiken voor eigen doeleinden…

foto door Wouter Apner – deze geeft echt perfect de verhouding tussen upstairs en downstairs weer!

Er was een hoop ‘keeping up appearances’, want je reputatie is alles als upstairs-persoon. Maar onderhuids had iedereen bergen met geheimen, die stuk voor stuk een schandaal veroorzaakten als ze uit zouden komen…

Ik mocht Angelica Moretti spelen, de polyamoureuze dochter van een Tsjechische operazangeres en Italiaanse dansmeester / mislukte schilder, en muze voor dichters en andere artiesten. Als artiestenfamilie waren wij van enigszins dubieuze reputatie, maar mijn pappa was gevraagd om tijdens het bal danslessen te komen geven (we hebben echt dansen uit de Regency-periode geleerd en uitgevoerd!) dus mocht ik ook komen.

Ik was erg blij met de rol, want ze hadden best wel getypecast (niet alleen bij mij). :-) Dankzij mijn danservaring kon ik overtuigend de dochter van de dansmeester spelen.
En als kind van een artistieke familie kon ik ook mijn vioolspeelvaardigheid gebruiken. ‘s Middags was er een ‘music and poetry recital’ waar verschillende deelnemers hun kunnen vertoonden. Van harp spelen (op conservatoriumniveau…) tot een scène uit een toneelstuk voorspelen, van gedichten voordragen tot operazang – supergaaf dat zo veel mensen dat wilden doen! Ik was gelukkig niet al te zenuwachtig, dus mijn vioolstuk ging goed genoeg en leverde mijn personage natuurlijk ook weer wat aanzien op.
Het is alleen de vraag hoe lang ik gecast kan blijven worden als ‘de aantrekkelijke jonge dochter’, want op je 38e nog een 22-jarige spelen (op Orenda ben ik zelfs pas 17) is toch een beetje een stretch… :-P

Stiekem had ik een relatie met één van de bedienden, maar trouwen zat er uiteraard niet in. Mijn minnaar had een nogal expliciet seksueel gedicht over mij geschreven, dat per ongeluk in handen was gekomen van een dichter, die het als zijn eigen werk claimde en had aangekondigd het tijdens het bal te gaan voordragen. Paniek! Want ik werd er met naam in genoemd, dus die voordracht ging me mijn reputatie kosten. Aan mij de taak om te voorkomen dat het gedicht publiek werd gemaakt. Als back-upplan moest ik van mijn ouders zo snel mogelijk een verloofde met goede reputatie vinden, zodat mijn toekomst toch nog enigszins veiliggesteld zou zijn, mocht het gedicht wel voorgedragen worden. Maar ja, uiteraard trouwde ik toch liever met die bediende, dus mijn persoonlijke back-upplan was om een schilderij dat mijn vader had geschilderd, publiekelijk vertoond te krijgen zodat hij rijk zou worden en mij kon blijven onderhouden. Alleen was dat schilderij ook nogal onzedelijk, dus het model in kwestie (een hooggeplaatste dame) deed er uiteraard alles aan om dit te voorkomen. Dus ging ik over tot chantage. Enfin, je begrijpt: drama en gekonkel alom!

Foto door Eline; crop door mij

Dat was alleen nog maar mijn eigen achtergrond, maar iedereen had dus zo’n stapel geheimen, waarmee allerlei families, bedienden en anderen aanwezigen in elkaar haakten. Het hele evenement voelde een beetje als een ijsberg: als speler kreeg je slechts een heel klein deel van wat er allemaal speelde mee, zeker aangezien het evenement maar één dag duurde. Dat was enerzijds een interessante ervaring, maar anderzijds ook wel jammer want er zijn heel veel personages die ik daardoor niet heb gesproken en ik had nog veel meer acties kunnen uitvoeren om nog veel meer problemen te veroorzaken.

Ik had het idee dat ik continu van het ene naar het andere ding aan het rennen was. Omkleden aan het begin, lunch halen, geheime afspraak met mijn minnaar regelen, optreden met viool, schilderij zoeken, opnieuw omkleden (ja, er waren een hoop mede-kostuumsnobs die meerdere outfits hadden, dus er was zelfs geregeld dat er omkleedmomenten met bediende waren, zodat ik van mijn day dress naar mijn baljurk kon wisselen!), dansworkshop bijwonen, flirten met mogelijke huwelijkskandidaten, driegangendiner (tijdens welke toch het gedicht werd voorgedragen… argh!), reputatieverlies proberen te beperken, excuses moeten maken voor mijn chantage, me geforceerd verloven met nota bene degene die mijn reputatie had verpest, en uiteraard: dansen tijdens het bal! (Eindelijk een kans om mijn antieke balboekje daadwerkelijk te gebruiken!)

Het was echt een supermooi evenement wat ik niet had willen missen. De voorbereidingen kostten nogal wat moeite, want niet alleen moest er een baljurk worden genaaid; omdat het voorgeschreven rollen waren, moest ik ook studeren op mijn achtergrond en alle stambomen en roddels over de andere aanwezigen. Dan is er natuurlijk nog stress over het viool spelen en ter plekke een fatsoenlijk kapsel in elkaar zetten. En zou ik, als iemand die voor 21e-eeuwse normen al behoorlijk direct is, er wel in slagen me Victoriaans netjes te gedragen? Maar dit was léuke pre-stress, en dat was fijn om ook weer eens te ervaren. Het is allemaal uiteindelijk goed afgelopen wat betreft OC-zaken en ik denk dat zelfs Angelica wellicht gelukkig kan worden met de uitkomst. :-)

Mochten er nog steeds mensen zijn die denken dat LARP alleen is voor zielige contactgestoorde nerds, die gehuld in tafellakens fictieve vuurballen naar elkaar werpen: kom eens kijken op evenementen zoals deze…

(Helaas is er tot nu toe slechts een handjevol foto’s gepubliceerd. Hopelijk binnenkort meer!)

Victoriaanse baljurk

Het was hard doorwerken om mijn Victoriaanse baljurk voor Dancing at the Darcy’s af te krijgen. Ik was zoals altijd ruim op tijd begonnen: begin dit jaar had ik al een ontwerp gemaakt en stof gekocht. Maar eerst moest mijn Victoriaanse zomerjurk af, want de deadline daarvoor was in augustus, terwijl deze tot oktober kon wachten. Die andere jurk maakte ik in juni af. Tijd genoeg om nog de baljurk te naaien, dacht ik. Maar ja, life happened. Vanwege mijn verhuizing en het bijbehorende klussen, schoof ik het maken van de baljurk steeds weer voor me uit. Heel af en toe nam ik een paar uurtjes de tijd, maar het schoot niet op. Want in de zomerperiode liggen mijn naailessen ook stil.

Drie weken geleden besefte ik dat, als ik nu niet héél hard aan de naai ging, ik echt niets zou hebben om te dragen. Dus besteedde ik bijna mijn complete herfstvakantie, waarin ik eigenlijk eens een keertje niks wilde doen (mijn zomervakantie was al op gegaan aan de verhuizing en klussen), aan dit kostuum. Eindelijk maakte ik vorderingen! In de week erna, tijdens de laatste naailes voor het evenement, kon mijn naaijuf helpen met passen en het afspelden van de rok, en daarna kon ik hem helemaal afronden.

Het evenement speelde zich af in 1872, dus eigenlijk had ik een zg. ‘bustle dress’ moeten maken: zo eentje die aan de voor- en zijkanten niet uitsteekt, maar wel een grote poef op de kont heeft (zoals mijn Old West Dress). Desondanks koos ik voor een model dat in de 1860’s in de mode was. Voornamelijk omdat ik de vorm van die jurken gewoon mooier vind. Je wil toch blij zijn met je kostuum, of niet? Bovendien verzamel ik zo langzaam maar zeker een complete 1860’s garderobe, want ik had natuurlijk al mijn wollen day dress, zomerjurk en badpak. Een wat ouderwets kostuum was gewoon toegestaan, want van de organisatie mocht je in kleding van 1850 tot 1890 komen. En het paste eigenlijk ook wel bij mijn rol, want ik speelde een meisje uit een wat lagere klasse familie, dus veel geld voor jurken in de nieuwste mode was er niet.

Tijdens het evenement, dat afgelopen zaterdag was en waar morgen een blogpost over volgt, zijn er een hoop foto’s gemaakt, maar helaas ben ik door al het leuke spel vergeten te vragen om een portretfoto van mij in mijn baljurk. Snik. Dus jullie moeten het doen met slechte amateurfoto’s van de jurk op een paspop, waardoor hij niet echt goed uit de verf komt – de pop kan ik immers geen korset aantrekken. De vorige lijfjes kreeg ik nog ongeveer dicht voor de foto, maar in dit lijfje zitten baleinen dus die vormt zich helemaal niet om de torso. En in mijn eentje thuis krijg ik het kostuum niet aangetrokken voor een foto met de zelfontspanner, want de sluiting van het lijfje zit ditmaal op de rug.
Hopelijk komen er binnenkort foto’s van het evenement waarop ik goed te zien ben in de jurk, dan kan ik die alsnog aan de blogpost toevoegen.

Dit is ‘m dan:

Ook bij het maken van deze jurk stuiterden mijn gevoelens heen en weer van “Oh noez, dit wordt nóóit wat… :’-( ” tot “Hee, dit wordt eigenlijk best wel gaaf…”. Vooral toen de kantjes eenmaal om de hals zaten, werd ik er blij van. Terwijl dat helemaal niet zo gepland was.

Nadat ik de mouwtjes aan het lijfje had gestikt, bedacht ik me pas dat ik eigenlijk gelijk kant tussen de stof en de voering in had moeten stikken. Het model van de jurk was vooraf gepland, maar ik had op dat moment nog geen enkel plan over hoe ik de boel wilde decoreren. Ik had alleen een breed stuk kant gekocht dat qua kleur matchte met de stof, voor om de halsopening. Maar verder…
Dat werd snel naar de markt hollen, want anders kon ik niet verder. Daar vond ik een andere brede kant die goed om de halsopening kon, én precies hetzelfde kant maar dan smaller, dat ik voor de mouwen en andere randjes kon gebruiken! Exit het eerste kantje dus. Omdat ik geen lint in bijpassende kleur kon vinden, kocht ik maar een stuk voeringstof in ongeveer de juiste tint, zodat ik daar zelf band van kon maken.

Eenmaal thuis naaide ik de kant met de hand alsnog tegen de naad van de mouwtjes (niemand die dat gaat zien) en decoreerde ik de halslijn. Argh! De nieuwe kant bleek smaller dan de oorspronkelijk gekochte en nu zag je tussen de kant en de plooien die ik met de voeringstof maakte, een stuk stof zitten! Veel te saai. Wat nu? Ik grabbelde door mijn voorraad kant en kwam het oorspronkelijke kantje weer tegen. En dat bleek er echt perfect in het midden tussen te passen! Mijn kraagje was gered. En zo mooi als het nu met elkaar combineert, had ik nooit van tevoren kunnen uitdenken. Typisch, hoe die dingen soms organisch ontstaan…

Natuurlijk valt er ook een hoop op het kostuum aan te merken. Zo had ik idealiter de rok nog wat voller gemaakt, want hij heeft de neiging om onderaan aan de voorkant wat naar binnen te vallen. Ook heb ik sommige rok-delen te kort geknipt, waardoor aan de zijkant de petticoat er soms wat onderuit piept. Voor de rok had ik dan ook geen patroon; ik heb de zelfgetekende patroondelen voor mijn andere twee rokken hergebruikt. Niet precies, want de eerste rok die ik maakte had stolpplooien, de tweede rimpels, en deze gaf ik gewone plooien. Het is altijd maar afwachten hoe dat valt. Verder kun je je afvragen of ik het kantje onderaan de rok niet ook had moeten rimpelen. Maar dat ging niet omdat ik daar domweg niet genoeg kant voor over had. (Ook het kant op die plek toevoegen was een afterthought.) :-)

Eigenlijk had ik een klein sleepje aan de rok gewild. Maar omdat er echt gedanst ging worden tijdens het bal, was dat toch te gevaarlijk i.v.m. het risico dat ik zelf of iemand anders er op ging staan. (Ook in de Victoriaanse tijd werd overigens door dansmeesters geadviseerd geen sleepje aan je baljurk te hebben.)

Hoewel het model helemaal authentiek 1860’s is, is het geen kostuum van re-enactmentkwaliteit geworden. Daarvoor zijn de materialen te modern. Het kant is synthetisch en het taftzijde kostte maar 2 euro per meter(!), dus dat kan nooit veel soeps zijn. En dan heeft het ook nog machinegestikte borduursels erop!

Die borduursels waren een uitdaging op zich. Ik heb bij de aanschaf erg staan twijfelen of ik niet beter een taftzijde zonder motiefje kon kopen, omdat deze niet echt historisch correct is. Maar het leukt de jurk wel enorm op – het scheelt een hele hoop extra kantjes en laagjes toevoegen! Dus toch maar gekocht.

Wat ik me niet had gerealiseerd, is dat het patroontje maar één kant op staat. Het was veel makkelijker en mooier geweest als het zichzelf had gespiegeld, want dan kun je bv. aan de ene kant van het lijfje het rechts georiënteerde patroontje gebruiken en aan de andere kant van het lijfje het links georiënteerde patroontje. Nu paste het prima op het stofdeel aan de ene kant, maar niet op de andere kant, waar het stofdeel gespiegeld zit en dus een andere vorm heeft. Argh!!

Voorop heb ik het patroon maar gewoon in tweeën opgesplitst en zo goed mogelijk ‘gepattern-matched’ (waarna de halsdecoratie er deels overheen bleek te vallen – zucht). Ik had nog geluk dat ik het patroon ongeveer in het midden kreeg, zonder bij de vier coupenaden hele rare overgangen van andere stukjes patroon te krijgen.

Oh well. Wijze les voor de volgende keer. Bovendien: ik heb beter gepattern-matched dan de maker van onderstaande authentieke 1860’s jurk, die blijkbaar met hetzelfde probleem zat. ;-)

Hieronder nog wat andere echte Victoriaanse baljurken waar ik mijn inspiratie uit haalde. Je ziet uiteraard een hoop enórm uitbundig gedecoreerde jurken langskomen tijdens je zoektocht, maar er zijn ook veel behoorlijk simpele exemplaren te vinden. Logischerwijs zie je op de ‘fashion plates’ veel extremere modellen dan je terugvindt in de musea. Vergelijk de mode in onze glossy magazines maar eens met wat we daadwerkelijk dragen tijdens een avondje uit – dat was vroeger niet anders. :-) En nogmaals: mijn personage was niet bepaald rijk, dus een overdadig gedecoreerde jurk had niet bij haar gepast.

 

Deze jurk was gelukkig veel makkelijker om te maken dan mijn zomerjurk en wollen jurk. Toen had ik namelijk alleen maar een plaatje en moest ik zelf het patroon uitvogelen, terwijl ik nu een kant-en-klaar-patroon voor een 1860’s baljurk-lijfje vond!

Desondanks heb ik langer over deze jurk gedaan dan over de anderen. Geen idee waar het precies in zit. Want ook bij de andere jurken (vooral bij de zomerjurk) heb ik heel veel moeten rimpelen en plooien. Waarschijnlijk zijn het een hoop kleine dingetjes die bij elkaar optellen. Zoals toen ik per ongeluk de buitenstof van de mouwtjes op de kop erin had genaaid (Waarom zit dit zo lelijk? Oh nee, moet ik nu dat patroon helemaal aan gaan passen? Oh wacht…). Ook het met de hand erin naaien van baleinen, wat in de andere twee lijfjes niet hoefde, heeft behoorlijk wat tijd gekost. Plus het feit dat dit lijfje niet alleen gevoerd is, maar ook nog een stoffen tussenlaag voor de stevigheid heeft gekregen. Een hoop werk wat je niet direct ziet, maar wat zeker invloed heeft op het eindresultaat. Het is namelijk superbelangrijk dat het lijfje plat en strak aansluit.

De eindstand:

Bestede tijd: 73 uur en 3 kwartier
Kosten: €72,78 (€16 voor 8 meter taftzijde, €3,- voor 1 meter decoratieve voeringstof, €34,30 aan kant en €19,48 voor het patroon. Katoen voor de voering, stevige tussenstof, baleinen en haakjes voor de sluiting had ik nog liggen.)

Het is dus wel weer het goedkoopste kostuum van de drie, dankzij de niet-authentieke stof en doordat ik nog vanalles op voorraad had. :-)

De jurk was gelukkig een succes en ik heb er prima in kunnen dansen en spelen zonder gênante wardrobe malfunctions!

CaDansa 2017

Wauw, wat een fijn weekend was het weer. En vol met dansen! Vrijdag en zondag ging ik naar balfolkfestival CaDansa, zaterdag was LARP-evenement Dancing at the Darcy’s. Ik begin maar met bloggen over CaDansa, in de hoop dat er de komende dagen wat mooie foto’s van Darcy’s verschijnen om gelijk aan mijn blogpost toe te kunnen voegen.

Omdat ik nogal druk was met de voorbereidingen voor Dancing at the Darcy’s, besloot ik om op vrijdag alleen ‘s avonds naar CaDansa te gaan en niet ook nog ‘s middags met een dans- of muziekworkshop mee te doen. Dat was een goede keus denk ik. Gelukkig was ‘alleen maar’ dansen ook superleuk!

En wat fijn dat het bal op zondag ‘pas’ om 13.00 uur begon, want zo kon ik op mijn gemak bijkomen van het andere evenement zonder veel dansjes te moeten missen. Maar ook zondag heb ik het rustig aan gedaan en ben ik niet tot het einde gebleven, maar rond kwart over 6 naar huis gereden om nog even met Sammy relaxed op de bank frietjes te kunnen eten. Hobby’s moeten wel leuk blijven. :-)

Het hoogtepunt van vrijdag was wel de een uur(!) durende mazurka met Wouter, en op zondag de knuffelknuffelmazurka met Johan. Die laatste moet ik even toelichten: er slingerde een supergrote olifantenknuffel rond, en die heb ik op een gegeven moment meegenomen tijdens een mazurka. Het beest klemde ik tussen ons in zodat we met ons hoofd op de zachte knuffel konden liggen en zo met z’n drieën konden dansen en knuffelen tegelijk. Aanrader! :-P

De sfeer op Cadansa was zoals altijd heerlijk relaxed en hippie, maar het is toch anders dan bij een gewoon bal. Er zijn veel meer buitenlanders en ik heb het idee dat er mede daardoor meer kliekjes zijn. Mensen klampen wat meer vast aan degenen die ze kennen en ik moet veel meer mijn best doen om een danspartner te vinden. Doorgaans loop ik gewoon wat zoekend kijkend de vloer op en dan loop ik altijd wel tegen iemand aan die ook zoekt, maar dat werkte nu niet zo goed. Gelukkig is het toch weer gelukt om met een aantal onbekenden te dansen, wat hele fijne dansjes opleverde.

En wat ben ik blij dat er iemand is opgestaan om het festival volgend jaar weer te organiseren, want eigenlijk zou dit de laatste CaDansa zijn. Maar nu kan ik dus zeggen: volgend jaar weer!

Filmdag: Sci-Fi

Yes, het was er weer tijd voor afgelopen zondag: de jaarlijkse filmdag!

De 13e keer dat ik het organiseerde, maar de eerste keer in mijn nieuwe huisje. Ik heb nu geen hocker meer om een lounge-eiland mee te creëren, maar gelukkig heb ik wel nog steeds een grote hoekbank en grote tv. En een schommel-ei! Het is altijd een beetje afwachten hoeveel mensen op welk moment aanwezig zijn, dus voor de zekerheid blies ik ook mijn luchtbed op en legde ik die met een dekbed er overheen voor de bank.

Het paste gelukkig prima. We waren met 7 mensen die allemaal vanaf het begin aanwezig waren en bijna allemaal tot ‘s avonds bleven. Heel anders dan de andere filmdagen, want toen waren er meer mensen, maar wel met meer aankomsten en vertrekken door de dag heen.

Nieuw dieptepunt is wel dat we maar 3 films hebben gekeken voordat bijna iedereen alweer naar huis ging! Gezellig bijkletsen is namelijk ook wel leuk, het huis moest nog even geshowd worden en de snackbar deed wel erg lang over het bereiden van onze bestelling.

Het thema was dit jaar science fiction en we keken achtereenvolgens Spaceballs (geen verbod op letterlijk mee-quoten :-D ), Bladerunner (omdat nog niet iedereen deze klassieker had gezien – hij is wel wat traaaag….) en Tron: Legacy. Aan het eind van de avond was ik alleen met David over en hebben we nog Ghost in the Shell opgezet, maar eigenlijk hebben we vooral door de film heen zitten praten dus die telt niet helemaal mee.

Uiteraard waren er ook weer een hoop al dan niet zelf gemaakte hapjes meegebracht (Sammy! Af!), dus we zijn volgens mij allemaal een kilo zwaarder.

Wat een superrelaxte en gezellige dag was het weer! Volgens mij waren veel mensen wel even toe aan een dagje dekenfort. Alleen jammer van het weer: wie heeft bedacht dat het half oktober meer dan 20 graden en zonnig moet zijn?? Gelukkig hadden we gordijnen. :-)

Victoriaanse markt

Via Facebook werd ik geattendeerd op de historische markt van de Meryton Society in Rhenen. Het zou een minibeursje met spulletjes uit de zeer brede periode 1600 tot 1900 worden, maar aangezien de Meryton Society zich richt op de Regency periode (begin 1800, net voor de Victoriaanse periode), zou daar de nadruk op liggen.

Er zouden ook lezingen en workshops georganiseerd worden. De twee die mijn aandacht trokken waren de lezingen over ‘dinner etiquette’ en ‘ball etiquette’, aangezien ik volgende week naar een Victoriaans bal mét diner ga!
Nou is het niet helemaal dezelfde periode, maar ik ga er vanuit dat de Regency-etiquette behoorlijk meer in de buurt van de Victoriaanse komt dan die van de 21e eeuw…

Uiteraard was het ook een goede gelegenheid om mijn kostuum weer eens uit de kast te trekken!

Aankleden was vanochtend nogal een uitdaging. Niet alleen omdat ik mezelf in mijn korset moest zien te snoeren, maar ook omdat Sammy moordneigingen kreeg bij het zien van de veters van mijn korset. En de veters van mijn laarzen. En zijn nagels daarna ook nog eens in mijn wuivende rok zette, iedere keer wanneer die langs kwam. Zucht.

Daarna kon ik uitproberen of ik me met hoepelrok en al in mijn Suzuki gepropt kreeg en of al die stof en metaaldraad het bedienen van de pedalen, pook en handrem niet onmogelijk maakte.

Uiteindelijk is het me toch gelukt om aangekleed en zonder ongelukken te arriveren op de markt. Wel opvallend: beide keren dat ik uitstapte bleef ik in mijn riem hangen. Ik vergat steeds dat ik die nog om had, omdat ik hem niet voelde zitten door het korset. :-D

De markt was nog iets kleiner dan ik had gevreesd, maar ik slaagde toch voor één van de twee items op mijn boodschappenlijstje: handschoenen. Ik had al eerder een paar gekocht, maar blijken helaas toch niet zo goed bij mijn jurk te staan. Deze sluiten dankzij de knoopjes ook veel beter aan bij de pols. Ze zijn wel wat lang, maar ik kan ze gewoon korter knippen.

Uiteraard bleven ook nog wat andere dingen aan mijn vingers plakken: een schattig schaartje en een houder voor een reticule (handtasje). Want ik heb nog een week om die te naaien (zucht).

De lezingen waren interessant en wat ik al wist van de baletiquette kwam overeen met wat daar verteld werd, dus ik ga er vanuit dat er niet bijzonder veel is gewijzigd in 50 jaar. Mode verandert een stuk sneller dan etiquette.

Ik had eigenlijk verwacht dat ik diverse bekenden tegen zou komen, want op Facebook hadden meerdere vrienden aangegeven ook te komen, en ook in kostuum. Maar ik trof alleen Jolanda en Alex, in burger. Tussen de lezingen door kon ik dus gezellig even bijkletsen.

Er waren sowieso lang niet zo veel mensen in kostuum als ik had verwacht! Volgens mij waren het hoofdzakelijk de mensen van de vereniging. En die waren dus in Regency-outfit. Ik was de enige in hoepelrok en viel behoorlijk op.

De hele dag door spraken mensen me even aan om te vertellen hoe mooi mijn outfit was en ik heb diverse visitekaartjes van verenigingen in mijn handen gedrukt gekregen. Eén dame zei dat ze even dacht dat ik een pop was: “Ik had je bijna aangeraakt!” :-P

Wel geruststellend om zo veel complimentjes te krijgen, want dit zijn natuurlijk re-enacters en ik ben maar een LARPer die zich slechts globaal in de kledingstijl heeft verdiept.

Ik voel me nu nog net een stukje meer voorbereid op mijn bal van volgende week, maar het wordt desondanks nog flink inlezen in alle familie-achtergronden, stambomen, statussen van en roddels over de personen die er aanwezig zullen zijn. Ach, zo’n evenement houdt je van de straat zullen we maar zeggen.

(No) hablo español

Zo, mijn allereerste les Spaans zit er op!

Aangezien ik volgend jaar naar Peru wil, leek het me wel handig om de taal te leren. Toen ik in Cuba was merkte ik namelijk hoe verloren je je soms kunt voelen als je bijvoorbeeld bent verdwaald en de enige man in de buurt geen Engels spreekt (maar wel een hele grote machete bij zich draagt – maar da’s een ander dilemma :-X).
Bovendien is Spaans een wereldtaal, dus het kunnen spreken gaat vast nog vaker nuttig zijn.

Ik heb me aangemeld bij Radboud in’to Languages, het talencentrum van de universiteit. Niet de goedkoopste (ondanks medewerkerskorting), maar wel de enige die je in slechts 8 lessen tot A1-niveau belooft te helpen. Ter vergelijking: de meeste cursussen duren zo’n 15 lessen en daarna moet je nog een tweede cursus volgen om A1-niveau te bereiken. Mooi, want dat betekent waarschijnlijk les op universitair niveau, in plaats van een keuvelklasje in het lokale wijkcentrum voor huisvrouwen of Oh Oh Cherso-types die alleen drank willen kunnen bestellen.

Het was dan ook een les in pittig tempo. Helemaal omdat ik echt op niveau nul begin – ik kan maar tot 3 tellen, bier bestellen, en weet wat El Pollo Diablo is (voor wie de referentie herkent ;-) ). Als de docent dan gelijk zo veel mogelijk in het Spaans gaat lullen, een onleesbaar bordhandschrift heeft, je nog niet weet hoe het lesboek in elkaar zit en in dat boek ook nog soms een onmogelijk handschrift-lettertype wordt gebruikt, is het helemaal zweten om bij te blijven.

Inmiddels weet ik in ieder geval al hoe ik me voorstel en hoe je de letters van het alfabet in verschillende situaties uitspreekt (we mogen vanaf nu nooit meer ‘pa-elja’ bestellen in een restaurant).

De groep is redelijk groot (17 personen) en bestaat uiteraard voor het grootste deel uit studenten die wat extra’s naast hun studie willen doen of zich voorbereiden op een periode in het buitenland. Maar er waren ook twee artsen van het Radboud ziekenhuis en een kerel die Spaans wil leren omdat hij met een Peruaanse is getrouwd (ik zou het iets eerder hebben gedaan, maar goed).

Dus nu: huiswerk!

Collecte-opbrengst

Zo, de collecteweek voor de Dierenbescherming zit er weer op. Vorige week ben ik langs de deuren in mijn nieuwe buurt gegaan, net zoals mijn twee andere collectanten. Vanavond en gisteravond telde ik samen met hen onze opbrengst. Maar… wat een verschil zat daar tussen! :-O

Een van de collectanten had 6 dagen lang, 2 uur per dag gelopen en… nog net geen €20,- opgehaald. Een andere collectant had ongeveer net zo veel uurtjes gelopen als ik (3 avonden, ongeveer 2,5 uur per keer) en die had dik €54,- opgehaald. En ik bleek… dik €325,- in mijn bus te hebben zitten!! Dat is inclusief €50,- die ik van Mark kreeg, maar dan nog. :-O

Als marketeer ben ik natuurlijk ontzettend geïntrigeerd en wil ik weten wat daar de oorzaak van is, zodat we daar volgend jaar beter op in kunnen spelen.

Waarschijnlijk heb ik straten gehad met meer vermogende bewoners. Of hele andere types. De collectant die het minst had opgehaald zei dat veel mensen klaagden dat ze geen contant geld in huis hadden en ze niet met pin konden doneren. Dat had ik nauwelijks. Maar de andere collectant liep in dezelfde wijk als ik, dus dat zouden meer dezelfde types moeten zijn. Bovendien heb ik echt wel een hoop zeer slecht onderhouden rijtjeshuizen gehad op mijn route, niet alleen maar de luxe bungalows die bij mij tegenover liggen.

Zou ik efficiënter mijn looproute hebben ingedeeld, waardoor ik meer huizen per uur kon doen? Maar de anderen hadden ook hun routes bijna helemaal afgelopen, en die hadden zelfs grotere routes dan ik. Zou ik dan toevallig op een moment gegaan zijn dat er meer mensen thuis waren? Of is het toch de kracht van ‘klein meisje met lieve glimlach’…?

Wat mij betreft ben ik volgend jaar weer wijkhoofd en kan ik experimenteren met een andere stratenindeling. Eens kijken of dat veel verschil maakt.

Zoals inmiddels traditie, heb ik de opvallendste gesprekken en situaties die ik onderweg tegenkwam, hieronder voor jullie genoteerd.

 

Je moet namelijk wel over enig doorzettingsvermogen beschikken als je collecteert. Niet alle voordeuren en bellen zijn even toegankelijk. Zo moest ik me een weg banen over een compleet met onkruid overwoekerd tuinpad en toen ik eenmaal bij de voordeur was, bleek het knopje van de bel te ontbreken (toch op het binnenwerk gedrukt – mij houd je niet tegen ook al straalt je hele huis ‘blijf weg, hier komt nooit iemand’ uit).

Nog even geduld; over een jaartje of wat dan ziet niemand meer dat er hier iemand woont en word je volledig met rust gelaten. (Note to self: volgend jaar kapmes meenemen.)

Het is ook opvallend hoeveel mensen twéé bellen hebben. Andere jaren merkte ik dat de bel vaak stuk was, dit jaar hebben de bewoners het blijkbaar massaal opgelost. Alleen zijn ze structureel te beroerd om de kapotte bel weg te halen, dus moet ik maar gokken welke de juiste is (en je zult zien: als je maar gewoon op beide drukt, blijken ze allebei af te gaan).

Het kwam ook meerdere malen voor dat de bel was ingebouwd door een rolluik. Aanbellen alleen voor mensen met dunne vingers.

Toch is er ook flink wat creativiteit met elektriciteit, zoals je struik versieren met kerstlampjes, die stroom krijgen via een kabeltje dat uit de brievenbus in de voordeur komt…

Euh… volgens mij spreek je jezelf tegen met deze sticker. :-X

Dan hebben we nog de interessante reacties zodra de deur open gaat:

Jongen: “Hallo, met Tom!”
Euh… dit is geen telefoongesprek, toch? :-D

Bij een andere deur doet een pubermeisje open. Ze loopt terug naar de woonkamer, roepend: “Ma, d’r is iemand met collectebus van de Dierenbescherming aan de deur!”
Moeder komt naar de deur gelopen. “Oh, je komt voor een collecte. Dat ze dat gelijk even had gezegd, dan had ik geld meegenomen. Wacht even.”
Moeder loopt terug naar de woonkamer. Ze herhaalt tegen haar dochter wat ze tegen mij zei.
Dochter: “Dat zei ik! Je bent doof!”
Andere dochter: “Ja, ik hoorde het ook hoor!”
Moeder loopt zuchtend terug en stopt wat in mijn bus. “Pubers…”
Ik houd wijselijk mijn mond.

Verderop doet een jongen op skates de deur open en rolt de huiskamer weer in nadat hij mij ziet. Uit de huiskamer komt vervolgens een jongen met slaapdronken kop, warrig haar en gescheurde pyjama gesjokt (het is op dat moment 19.00 uur). Nietszeggend gooit hij wat in mijn bus en draait zich weer om, de voordeur open latend.
“Euh… bedankt en dag?”, zeg ik, terwijl ik aanstalten maak om weg te lopen en me afvraag of het de bedoeling is dat ik zelf de voordeur dicht doe.
“Er komt nog iemand”, mompelt de jongen.
En ja hoor, de jongen op skates retourneert even later ook nog met geld. Blijkbaar was het een studentenhuis ofzo.

Een omaatje kreeg na enig gemorrel met de sleutel de deur helaas niet open, dus communiceerden we maar via de brievenbus.
Wat altijd nog handiger is dan die stomme intercoms bij flats:
“Goedeavond, ik kom collecteren voor de Dierenbescherming.”
“Voor wie?”
“Voor de Dierenbescherming!”
“Dat is niet bij ons.”
Zucht…

De volgende conversatie had ik nota bene drie keer:
“Goedeavond, ik kom collecteren voor de Dierenbescherming.”
“Ja, en?”
“Euh… Ik hoop dat u wil doneren?”
Of een variant daarop:
“Goedeavond, ik kom collecteren voor de Dierenbescherming.”
“Waarvoor?”
“Voor de Dierenbescherming.”
“Maar wat wílt u dan??”

Toen ik tegen één van de bewoonsters zei dat ik haar amper kon verstaan via de intercom was haar reactie: “Dat kan niet. Er zegt nooit iemand wat over.”
Mjah, misschien omdat je ze niet hoort omdat je intercom niet goed functioneert… :-S

Nog zo’n leuke:

“Goedeavond, ik kom collecteren voor de Dierenbescherming.”
“De Dierenbescherming? Maar de dieren worden toch al beschermd?”
“Ja… door de Dierenbescherming…”

“Goedeavond, ik kom collecteren voor de Dierenbescherming.”
“Welke dieren? Die zijn toch allemaal al dood?”
Euh…
Daarna volgde een relaas over overbemesting, vegetariër zijn, wolven in Duitsland en een vogelhuisje op zijn balkon. Fijn… mag ik nu alsjeblieft weg? :-S

Veel leuker was het verhaal van het oude, gebogen vrouwtje met lange zilvergrijze haren. Met authentieke krakende sprookjesstem begon ze na mijn introductie:
“Oh kind, ik heb geen dieren meer. Vroeger, toen had ik een volière, met zo’n dier met een grote pluimstaart… Kom, hoe heet het ook alweer…”
“Een pauw?”, probeer ik.
“Nee! Ach… Nou ja. Die sprong toen zó bovenop de vogel… en die heeft hem opgegeten!”
En ze leefden niet nog lang en gelukkig… :-O

Bij één huis vroeg ik me wel even af of ik een hulpinstantie moest informeren. Ik belde namelijk aan bij een huis wat duidelijk van een senior bewoner was. Binnen was het licht aan, maar voor de deur stond zo’n bezorgmaaltijd in warmhouddoos. Het lijkt me toch dat de senior thuis is als zijn maaltijd wordt bezorgd. Toen er in eerste instantie inderdaad niemand open deed, ging ik me afvragen of hij of zij misschien gevallen was in huis en hulp nodig had. Uiteindelijk werd er gelukkig toch open gedaan. En moest ik de dame even attenderen op de doos op haar deurmat, anders had ze de voordeur alweer dicht gedaan en had ze haar eten nog niet ontdekt.

Een andere meneer moest ik er op wijzen dat zijn sleutels nog in de voordeur staken. Ach, zo doe je niet alleen iets goeds voor de dieren maar ook voor je medemens. :-)