Vedel op proef

Muziekinstrumenten bespelen schijnt verslavend te zijn. Als je er eenmaal eentje beheerst, wil je ook andere instrumenten gaan bespelen. De basis (noten lezen, ritmegevoel, samen spelen etc.) heb je immers als het goed is al, je hoeft ‘alleen nog maar’ het instrument zelf onder de knie te krijgen, dus dat scheelt in benodigde tijd.

Desondanks heb ik die tijd niet. Maar uiteraard zijn er excuses te bedenken.

Ik had al een tijdje interesse in de vedel, een middeleeuwse voorloper van de viool. Een mooi alternatief voor de doedelzak, om op historische evenementen te kunnen gebruiken wanneer de doedelzak te luid is voor samenspel, of niet het juiste bereik heeft. Een doedelzak is namelijk diatonisch (oftewel: niet alle noten zitten erop), een vedel chromatisch (je kunt complete toonladders erop spelen). En hee… ik speel immers al viool! Dus wellicht is het voor mij veel makkelijker om dat instrument onder de knie te krijgen? Hoe anders kan het zijn?

Nou… toch wel een beetje anders. Ten eerste blijkt een vedel 5 in plaats van 4 snaren te hebben, is hij anders gestemd, is de bolling van de snaren minder, heb je aan de zijkanten minder plek voor je stok (een viool heeft een veel diepere inham daar) en hij is bovendien een stuk groter (formaat altviool). Oh ja, en geen kinsteun of schoudersteun.

En je schijnt de strijkstok andersom vast te moeten houden; met de handpalm naar boven in plaats van naar beneden. Maar goed, er valt te beargumenteren dat ze in de middeleeuwen niet zo strikt waren als nu in hoe je je instrument vasthoudt. Tegenwoordig krijgt iedereen het op een universele manier aangeleerd, maar ik vermoed dat het vroeger een kwestie was van ‘bouw zelf een instrument en zie maar hoe je er geluid uit krijgt’.

De moed begon me dus al een beetje in de schoenen te zinken, maar ik bleef nieuwsgierig.

Gelukkig heb ik inmiddels een uitgebreid netwerk wat dit soort zaken betreft en ken ik maar liefst twee vedelbouwers. En waarempel: Waling bleek zo vriendelijk om mij zijn zelfgebouwde exemplaar te willen lenen, zodat ik kan kijken of het wat voor mij is, voordat ik eentje aanschaf! (Want: net zo duur als een doedelzak, dus dat doe je niet zomaar)

Dus nu heb ik ook een vedel in huis:

image

Uiteraard speel ik er niet direct op weg, maar het viel me geenszins tegen! De basis is toch echt hetzelfde als een viool. Het ontbreken van kin- en schoudersteun is niet zo’n probleem, want deze vedel is hoger dan een viool en bovendien hoef ik er geen positie op te spelen.

imageDe stemming (D-A-D-A-D, of eventueel D-G-D-G-D, in plaats van G-D-A-E) is even wennen; ik moet leren welke toon eruit komt als ik mijn vinger neerzet :-D  Maar de vingerafstanden lijken in ieder geval ongeveer hetzelfde en de stok op de mij bekende manier vasthouden werkt ook prima. Behalve dan dat ik bij het aanspelen van de buitenste snaren continu tegen de zijkant van het instrument aanstrijk. Kwestie van wennen, lijkt me.

Dus… nu ergens de tijd vandaan halen om ook op dit instrument te leren spelen. Ik ken gelukkig al genoeg middeleeuwse nummers om te starten met een basisrepertoire!

7 comments

  1. Anonymous says:

    Ik gok erop dat je bij de buitenste snaren ook de een-na-buitenste moet meepakken als ‘drone’, het is niet voor niks allemaal D en A gestemd (of D en G). Oja issie ook C en G te stemmen, dat is handig als je met draailieren of doedelzakken wilt samenspelen ;)

  2. Brenda says:

    Jemig… het moet super cool zijn om zo een instrument te kunnen oppakken en bedenken ‘de basis heb ik al, dit gaat wel lukken’. Ik heb helaas in m’n hele leven nog geen instrument gespeeld (op een tinwhistle van 7 euro na, met diagrammetjes van waar je vingers te plaatsen…. want noten kan ik niet lezen) dus ik ben wel een beetje jaloers. ;-)

  3. Lenny says:

    Alle snaren zijn te gebruiken als bourdonsnaar, dat is inderdaad juist een extra functie ervan. Vandaar dat de bolling van de snaren ook minder is, zodat je ze makkelijker tegelijk aan kunt strijken.
    Ook dat is voor mij even wennen, maar het speelt eigenlijk wel prettig!

    Ik heb nog even wat oude afbeeldingen bestudeerd, maar ik zie daarop niemand de strijkstok andersom vasthouden. Dus ik speel lekker zoals ik gewend ben!

    Inmiddels kan ik al twee nummers redelijk vloeiend erop wegstrijken. Alleen heb ik zojuist een van de snaren laten knappen… :-O
    Gelukkig was Waling niet boos, maar stelde hij me gerust dat het erbij hoorde, dat hij het instrument al een tijd niet had bespeeld en dat het dus te verwachten was dat er eentje sprong. Morgen maar even langsgaan om er een nieuwe op te laten zetten…

    @Brenda: alle begin is moeilijk. En als je mij achter een drumstel zet, zal ik het ook niet zomaar kunnen hoor :-P

  4. Waling says:

    Omlaag stemmen (c-g-c-g-c) is geen probleem, maar de klank verandert dan wel wat. Bij een te lage snaarspanning spreekt de snaar niet meer aan. Als je altijd op een lagere stemming wil spelen moeten er dikkere snaren op.
    En… onderhands strijken is alleen gebruikelijk voor instrumenten die je op/tussen je knieen (‘da gamba’) speelt. Als ik vedel speel speel ik ‘da gamba’ en dus onderhands. Ik kan het niet anders:(

  5. Robz says:

    Ken het gevoel! Sinds zaterdag een Philicorda in huis, dus nu moet ik ‘even’ weer -opnieuw- orgel leren spelen. En ja, je kan best folkdeuntjes spelen op een jazzorgeltje.
    Keertje samen spelen?

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.