Het was weer tijd voor een supergezellige traditie: het kerstliedjes zingen bij Rob en Carlie thuis!
Met een dik pak liedteksten en wat bladmuziek in de handen gaan we jaarlijks in hun woonkamer met hun (muziek)vrienden, familie, buren, collega’s en andere kennissen die zingen leuk vinden, kerstliedjes zingen en daarna lekker eten.
Ieder jaar zitten er wel weer een paar nieuwe bij en proberen we wat uit, zoals meerstemmig zingen of in dit geval een ‘ding-dong’ koortje tijdens ‘Ding dong merrily on high’. 🙂 Ik mocht ‘The Wexford Carol’ weer solo zingen terwijl de rest ‘oh’-tjes eronder zong en we zongen ook een prachtige variant op Auld Lang Syne (die mij subtiel als potentiële solo voor volgend jaar in de schoenen is geschoven – even oefenen hoor! 😋)
Met afgelopen donderdag de kerstborrel op het werk, afgelopen vrijdag met Richard de kerstboom optuigen en vandaag dat kerstliedjes zingen is de kerstperiode voor mij nu wel officieel van start! ^_^
Net terug van mijn 10e CaDansa-festival (van de 11 die tot nu toe zijn georganiseerd)! Met deze voor mij jubileumeditie kan ik zowat alle vakjes afvinken, want ik ben er in het verleden geweest als bezoeker, vorig jaar als vrijwilliger, en dit jaar als muzikant – want we mochten op de vrijdagavond optreden met Androneda!! Â
Het is natuurlijk fantastisch om te mogen komen spelen op zo’n groot internationaal festival! Ik was dus best wel trots dat we op het programma stonden. Het zorgde ook voor druk, want dit was voor ons een kans om door internationale boekers gezien te worden, zodat we hopelijk ook binnenkort ergens in het buitenland mogen komen spelen. Oftewel: dit optreden moest goed gaan!
Maar ja, ik had met mijn altijd drukke schema al weinig tijd om te oefenen, en met vorig weekend een optreden op een festival met mijn andere band en het overlijden van mijn schoonvader, waardoor ik amper thuis ben geweest, alle klusjes zijn blijven liggen en verder zijn opgestapeld, en mijn herfstvakantie is komen te vervallen, had ik helemáál geen tijd om de technische uitdagingen in onze liedjes zo goed te oefenen als ik had gewild.
Ook had ik problemen met mijn instrument. Mijn doedelzak deed het al langer wat minder optimaal qua stemming, dus had ik de bouwer al gemaild of ik het instrument na CaDansa (wanneer ik even geen optredens meer heb gepland) kon opsturen voor onderhoud. Maar twee weken geleden, rond de workshopdag van stichting Draailier & Doedelzak en ons optreden die avond tijdens een middeleeuws avondje, begon hij meer kuren te vertonen en wilden de bourdons regelmatig niet meer goed gestemd raken of viel er eentje in het geheel uit. Dat was k*t, want het onderhoud bij de bouwer zou weken gaan duren dus dat kon ik niet eventjes vervroegen. Ik bedacht dat ik mijn andere G-doedelzak eventueel zou kunnen gaan gebruiken, alleen moest ik de Androneda-nummers daar dan wel actief op gaan oefenen, want een ander instrument met een ander riet vraagt aanpassingen aan bijvoorbeeld je vingerzetting en overblaastechniek. Maar door al die drukte vooraf had ik domweg geen mogelijkheid om dat te doen. Dus zat er weinig anders op dan toch maar met een iets minder optimaal spelend instrument het optreden te gaan doen.
Hoe groot dat festival is? Nou, dit was de zaal met het hoofdpodium – hier nog niet eens helemaal vol met dansers!
Wij waren als eerste band op de vrijdagavond gepland, van kwart voor 5 tot 6 uur. Het was de bedoeling dat we als laatste band zouden soundchecken: om 3 uur. Handig, want dan konden we alle spullen gewoon op het podium laten liggen. Maar toen bleek een andere band veel later te komen en zouden die hun soundcheckslot gaan missen. Of wij een half uur eerder konden soundchecken en zij na ons? Natuurlijk, geen probleem. Vervolgens bleken ze weliswaar te laat, maar vroeger dan gedacht te arriveren. Of wij toch weer als laatste konden soundchecken, maar dan pas om half 4? Prima, wij zijn flexibel. Maar half 4 werd niet gehaald en uiteindelijk begonnen we pas iets voor 4 met de soundcheck, terwijl om half 5 de opening van de avond gepland stond en er ineens ook nog een dansgroep een demonstratie wilde doen, waar de stagemanager ook niet van op de hoogte was. Toen het geluid in de zaal was ingeregeld, hadden we nog maar een paar minuutjes over voor de monitorcheck en hebben we die dus moeten afraffelen en niet alle instrument-combinaties kunnen controleren. Best wel k*t. Het is dat ik zo verstandig was geweest om voorafgaand aan de soundcheck nog naar het toilet te gaan, want zelfs daar was bijna geen tijd meer voor, we moesten alleen even snel van het podium af voor het openingspraatje en dat dansje en daarna hup, gelijk weer erop.
Toch hebben we achteraf best wel wat complimentjes gehad en er is gevraagd naar cd’s of aangeboden mee te doen aan een eventuele crowdfunding daarvoor. Het stemmetje in mijn hoofd zegt dan: “De mensen die het niks vonden zeggen dat natuurlijk niet in je gezicht, dus wie weet hoeveel dat er zijn geweest.” Maar van enkele mensen kregen we wel degelijk eerlijke feedback en dat bleek vooral te gaan over de klank van Wouters en mijn doedelzak samen bij een specifiek nummer. Blijkbaar was het nogal schel en klonken ze niet goed samen. Ik was bang dat dat lag aan de slechte staat van mijn instrument, maar volgens Wouter had het op zijn monitor wel goed geklonken, dus wellicht was het een issue met de manier waarop de mix in de zaal overkwam?
Achteraf gezien denk ik niet dat mijn gepruts aan te weinig oefenen vooraf heeft gelegen; ik beheers onze nummers echt wel. Ik moet vooral meer podiumervaring gaan opdoen, was de conclusie na de nabespreking met mijn bandgenootjes. Niet in de war raken van de andere klank en verhoudingen door versterking en het kunnen opvangen van oepsjes is volgens hen niet iets wat we met repetities kunnen oplossen. Daar hebben ze wel gelijk in, maar het is wel een beetje een kip-ei-verhaal: als ik niet goed presteer op het podium dan worden we niet geboekt en als we niet geboekt worden kan ik geen ervaring opdoen.
(Mocht je het je afvragen: gek genoeg zijn het niet de zenuwen geweest. Het maakt mij niet uit of ik voor 20 bekenden of 700 wildvreemden speel of een praatje moet houden, dat vind ik helemaal niet eng. Ik eis gewoon in alle situaties van mezelf dat ik het perfect doe. )
Wat betreft de doedelzakuitversterking kreeg ik van iemand de tip om in-ear monitors te gaan gebruiken. Dat klinkt als een goede oplossing, want op het podium mezelf niet horen ten opzichte van mijn bandgenoten is een terugkerend probleem en als ze zelfs bij zo’n goed opgezet festival als CaDansa daar niet genoeg aan kunnen doen, moet ik het blijkbaar anders aan gaan pakken. Dus mocht iemand daar tips voor en/of ervaring mee hebben, dan hoor ik het graag!
Los van mijn ontevredenheid over ons optreden was het wel een enorm gave ervaring om daar te mogen spelen! Het is prachtig om vanaf het podium de enorme cirkels aan dansers tegelijkertijd te zien deinen, of om allerlei koppels individueel te zien opgaan in een dansje.
En wat zijn we ontzettend in de watten gelegd door de organisatie en de vrijwilligers! Er was een backstage waar we mochten loungen, waar ook ontbijt, lunch, avondeten en drinken voor ons werd verzorgd, en niets was teveel gevraagd. <3
Sowieso had iedereen zich weer enorm uitgesloofd om er een fantastisch evenement van te maken. Zo was de aankleding wederom weergaloos: de mascotte van dit jaar was een das en alles was aangekleed alsof je je in een dassenburcht bevond.
Wortels die uit de vloer op de bovenverdieping naar de onderverdieping groeiden. Ze hadden zelf kussens in de vorm van dassen genaaid!
Een rij met familieportretten van de bewoners van de dassenburcht: stropdas, vlinderdas, pindas, daslook en agendas(?). XD
Hoewel vrijdag vooral in het teken stond van (voorbereiden op) optreden, heb ik op donderdagavond en zaterdag veel zelf kunnen dansen. Op zaterdagochtend volgde ik ook nog een workshopje, over het zingen van oude Scandinavische ballads. En ik heb ook fijn kunnen kletsen met bekenden.
Met Edwin in de photobooth. Thema: ‘meer knuffels = meer beter’
Afgelopen vrijdag t/m zondag vond in Groenlo de Slag om Grolle plaats: een 17e eeuws evenement dat eens in de twee jaar wordt gehouden. Wij zouden er met De Soete Inval spelen (en Richard met Compagnie Gallimaufry), maar het verliep allemaal weer eens niet zonder slag of stoot.
Zo was er gedoe met de overnachting. Afgelopen keren hadden mijn bandgenootjes (ik was nog nooit eerder mee geweest) hun tenten steeds in het kampement bij een bevriende groep opgeslagen. Maar ten eerste was er maar zeer beperkt ruimte op die standaardplek en was het de vraag of ik er nog met mijn tent bij kon, wat een week voor het evenement nog steeds niet was bevestigd. En toen bleek er ineens helemaal geen ruimte te zijn voor welke tent van ons dan ook, want dat was vergeten af te stemmen met betreffende groep en die zaten inmiddels helemaal vol. Grom. Wat dat betreft was het een geluk bij een ongeluk dat Richard (die bij mij in de tent zou slapen) en ik vanwege het overlijden van zijn vader hadden besloten een dag minder te gaan en voor het gemak op en neer te rijden vanuit Nijmegen, in plaats van een tent op te bouwen.
Oh ja, die ‘dag minder’… Het is een driedaags evenement, in tegenstelling tot de meeste middeleeuwse evenementen waar we heen gaan: we bouwen doorgaans vrijdagmiddag op, spelen op zaterdag en zondag en breken op zondagavond weer af. De Slag om Grolle begint op vrijdag al, en dus is het de bedoeling dat je donderdagavond opbouwt. Maar ook daar was onduidelijkheid over, omdat onze groep er de afgelopen jaren blijkbaar alleen op zaterdagen en zondagen had gespeeld. Sommigen wisten dat en gingen daar vanuit. Anderen hadden niet door dat het een 3-daags evenement was. Weer anderen (zoals ik) dachten dat we alle 3 de dagen zouden spelen. En in het contract stond iets anders dan onze contactpersoon dacht afgesproken te hebben. Zucht. Dus speelden we vrijdag halsoverkop alsnog, maar met een kleinere delegatie dan de andere dagen.
Ondanks alle frustratie vooraf, was het gelukkig wel een enorm leuk evenement! Het is echt heel erg groot, met vele re-enactmentgroepen en lokale figuranten en bijna de complete binnenstad is sfeervol aangekleed. Bij de meeste historische festivals betekent dat een tentenkampement op een weiland, of zijn er gewoon wat standjes in het stadscentrum geplaatst, liggen er her en der strobalen en zijn wat moderne borden afgedekt met een jute zak. Niet in Groenlo: de straten waren bestrooid met bladeren en houtsnippers. Er waren overal houten hutjes in de straten gebouwd die als onderkomen voor groepen dienden (inclusief daadwerkelijk draaiende molen!) Woonhuizen waren aangevuld met stoffen luifeltjes, winkeletalages bevatten historische spullen en in de straten stonden overal requisieten.
Verder was er heel veel vermaak in de vorm van muziek (waaronder wij), rondlopende entertainers, uitbeelders van beroepen, hoerenstraten, marcherende groepen en meer, allemaal in behoorlijk mooie kostuums, waardoor het centrum heel levendig werd en je je echt even in een andere periode waande!
Wat een werk moet dit zijn om op te bouwen (en weer af te breken)… ik snap waarom ze het niet ieder jaar doen!
Op de vrijdag kwamen vooral schoolklassen een bezoekjes brengen. Ze moesten soms opdrachten maken, zoals ‘fotografeer een vlag’, dus het vaandel op onze kar is veelvuldig op de kiek gezet. Â Â Op de zaterdag waren er juist veel meer volwassen bezoekers. Dat gaf weer een compleet andere sfeer.
Helaas heb ik zelf weinig meegekregen van de uitbeelding van de daadwerkelijke slag, want dat vond een stukje verderop plaats, terwijl wij muziek moesten maken. Alle muziekgroepen hadden een vaste programmering: 3x per dag een uur spelen met een uur pauze ertussen. Daardoor speelden we minder lang dan we normaal gesproken doen als we vrij rondlopen, dus dat was wel relaxed. Maar een uurtje is erg weinig als je zelf nog iets wil zien. Ik slaagde erin om gedurende de twee dagen dat ik er was, beetje bij beetje alle centrumstraatjes te bekijken, maar het re-enactmentkampement met soldaten heb ik helaas niet weten te bereiken.
Gelukkig trof ik wel gelijk de eerste dag de standjes met re-enactment handelswaar, en kon ik eindelijk bij mijn 17e eeuwse outfit passende schoenen en hoed kopen!
Nog even uitvogelen wat ik precies met de veters moet doen.
Een evenement samendoen met je vriendje, die ook nog eens superknap uitziet in zo’n outfit, is natuurlijk extra leuk! Â Â <3
Kortom: als je overweegt eens naar een historisch evenement te gaan, kan ik de Slag om Grolle zeker aanraden!
Zaterdagochtend reden Richard en ik dus eerst naar Zeist, voor de workshopdag van Stichting Draailier & Doedelzak. Vorig jaar gaf ik een van die workshops en zat Richard bij mij in de les. Dit jaar volgde ik zelf weer een workshop, namelijk die van Jean-Pierre van Hees voor (ver)gevorderde doedelzakspelers.
Hoewel ik veel van de versieringen die we behandelden al ken en regelmatig toepas in mijn liedjes, was het goed om er eens wat meer bij stil te staan en er bewuster keuzes in te maken. Een goede toevoeging was alle achtergrondinformatie die hij vertelde over de doedelzak en zijn tips over intonatie, dus het was zeker een nuttige en interessante workshop!
Richard had voor zijn workshop als voorbereiding een (deel van een) nummer moeten kiezen dat hij interessant vond. Naderhand hoorde ik van hem dat een van de andere deelnemers een nummer van Androneda had gekozen omdat hij de doedelzakpartijen daarvan zo mooi vond. Wauw, wat een compliment! <3
De eindpresentaties van andere workshopgroepen
Om 5 uur sprongen we snel in de auto terug naar huis om te koken en ons om te kleden in onze middeleeuwse outfit, want we waren door Thom uitgenodigd om aanwezig te zijn bij zijn besloten middeleeuwse festivalletje! Hij heeft namelijk een nieuw huis met belachelijk grote achtertuin, waar genoeg ruimte is voor een heel tentenkampement. Helaas konden we dus niet het hele weekend aanwezig zijn, maar als muzikanten waren we vast ook welkom om alleen op zaterdagavond de daar in elkaar getimmerde taveerne te komen opleuken? En welkom waren we inderdaad!
We hadden een groot deel van ons assortiment aan instrumenten meegesleept: meerdere doedelzakken, draailier, cister, fluit en tamboerijn. En natuurlijk onze zangstemmen plus liederenbundels.
Richard en ik maken wel eens samen muziek en we hebben al een klein gezamenlijk repertoire, maar dat bestaat vooruit uit modernere nummers, zoals ‘Dust in the Wind’, ‘Country Roads’ en ‘The Islander’ van Nightwish. We spelen weliswaar allebei in middeleeuwse bands, maar hadden van dat repertoire eigenlijk nog nooit samen iets gedaan. Voorafgaand aan deze avond had ik een lijstje gemaakt van leuke middeleeuwse liedjes die ik ken en Richard had daarvan een paar aangevinkt die hij ook kent of waarvan hij dacht dat hij er wel wat akkoorden tegenaan kon improviseren. Dat was onze gehele voorbereiding voor de avond. Â Â
We begonnen keurig met middeleeuwse liedjes. Niet veel later schoof Jan-Willem met zijn prachtige stem en luit aan en wisselden we elkaar af of speelden we wat samen. Op een gegeven moment evolueerde het naar wat moderner spul, waarbij steeds meer mensen aanschoven om mee te trommelen of mee te zingen, om te eindigen met het met z’n allen meeblèren van Schotse publiedjes, Rammstein, Metallica en zelfs een uitbundige poging tot een meerstemmige Bohemian Rhapsody! Â
Ik begreep van Thom dat het plan is dit ieder jaar te organiseren, dus wat mij betreft komen we volgend jaar ook weer aanwaaien om sfeer (en herrie) te maken! ^_^
Vorig jaar kon ik er niet bij zijn, maar dit jaar stond ik gelukkig wel weer met De Soete Inval op Middeleeuws Ter Apel! Het is een van de grootste middeleeuwse evenementen (zo niet het grootste) in Nederland en historische correctheid wordt er belangrijk gevonden, dus dit is een van die evenementen waar je gewoon bij wil zijn. Extra leuk: Richard zou er ook weer spelen met zijn band. Het eerste evenement dat we samen konden doen sinds we een relatie hebben! ^_^Â Dus spraken we af dat hij zijn tent thuis zou laten en in ons kampement kon komen bivakkeren, want mijn tent is groot genoeg voor twee personen.
Minder optimaal was dat we met onze band waren ingepland op het tweede weiland en ook nog eens helemaal aan de achterkant van het terrein. Het eerste terrein ligt om het oude klooster heen en is vele malen sfeervoller. Ook komen er meer bezoekers – niet iedereen vindt het doorgangetje naar het tweede terrein en als ze er al komen, lopen ze niet allemaal helemaal door tot achteren. Nou hoeven mensen niet in ons kampement te komen, want wij lopen rond met onze muziek, maar we hadden ten eerste de instructie gekregen om zo veel mogelijk op dat veld te spelen om te zorgen dat het daar ook levendig zou zijn, ten tweede is er geen enkele vorm van schaduw op dat terrein en konden we dus ook niet onder onze eigen luifel spelen terwijl het bloedheet was, en ten derde is het domweg een p*kke-eind lopen voor ons naar zowat vanalles (zoals de tent van Richard’s bandgenoten, die wel op het andere veld stonden, en ook daar bijna in de verst mogelijke hoek verwijderd van het terrein waar wij stonden) terwijl we al zoveel moeten staan en lopen als muzikanten. Hopelijk overweegt de organisatie om volgend jaar een soort roulatiesysteem op te zetten, zodat de speelplekken een beetje leuker verdeeld zijn.
Toch heb ik me prima geamuseerd en veel bekenden ontmoet. Op vrijdagavond heeft Richard in ons kampement zijn cister erbij gepakt en hebben we liedjes gezongen. <3 (Hij ving een gesprek van onze overburen op die het blijkbaar jammer hadden gevonden dat we het de avond erna niet óók hadden gedaan   ) Op zaterdagavond sluit het evenement pas heel laat en wij moesten samen met Richard’s band tijdens het formele banket spelen, dus waren we pas om kwart over 8 klaar. En moe. Het is gebruikelijk dat de muziekgroepen ‘s avonds ook nog even in de taveerne spelen, maar dat trokken we toch echt niet meer, dus hebben we het rustig aan gedaan en dat aan de andere muzikanten overgelaten.
Middeleeuws Ter Apel is ook altijd een beetje chaotisch in de communicatie rondom wat we geacht worden te doen. Zo krijgen we bv. van de ene persoon te horen dat we om 11 uur bij de officiële opening moeten zijn om daar even een openingsriedeltje te toeteren en we daarna ‘dismissed’ zijn. Terwijl iemand anders ons vertelt dat we om 11.40 uur daar wel degelijk weer moeten zijn om nog even muziek te maken. Mjah, in minder dan 40 minuten van het hoofdterrein naar het onze lopen om daar te spelen en dan weer op tijd terug zijn is niet haalbaar, dus hebben we maar even bij de ingang van het hoofdterrein gespeeld, om rond 11.30 uur weer bij de locatie van de opening te zijn. Waar bleek dat ze voorliepen op het programma en we inmiddels sowieso niet meer nodig waren en dus weer om konden draaien. Zucht.
Ook het eten vergde behoorlijk wat afstemming, want wij moesten dus tijdens het officiële banket spelen, wat van 18.00 tot 20.00 uur was. Maar wij en Richard’s band moesten zelf uiteraard ook eten, dus spraken we af dat we elkaar daarin zouden aflossen. Maar toen wij om kwart voor 6 vast wilden gaan eten, zagen we pas een bordje dat het avondeten voor ‘vrijwilligers’ (wat wij niet zijn, maar waar we blijkbaar wel onder vallen) maar tot uiterlijk 6 uur was. Dus we waren nog maar net op tijd om zelf wat eten te regelen en ik heb vervolgens nog heen en weer naar ons kampement moeten rennen om een eigen ketel te halen en met puppy-oogjes geregeld dat er een achtergehouden prakje in die ketel boven het vuur mocht blijven hangen, zodat onze collega-bandleden na hun spel ook nog iets te eten zouden hebben (want die wisten ook van niets). Â
We zijn dus eigenlijk de hele tijd bezig geweest en zelfs zoveel dat ik helemaal niet de tijd heb genomen om zelf even een rondje over het terrein te maken. Alleen in de avond kon ik rondlopen, maar toen waren de meeste kraampjes al dicht en het was om half 9 al donker. Een groot deel van het terrein heb ik niet eens gezien…
We waren desondanks nog steeds met maar liefst 5 doedelzakspelers, en wauw, wat een indruk maakte dat! Ik had vooraf nog snel een paar extra tweede stemmetjes ingestudeerd zodat we met nog meer variatie konden spelen, al is mijn doedelzak de zachtste van alle en val ik volgens mij dus een beetje weg in het geheel, maar ach. We hebben weer veel positieve reacties gehad, onder andere van de persoon die de bands boekt voor het festival, dus ik neem aan dat we er volgend jaar weer bij mogen zijn! Â
De gezamenlijke afsluiting met alle muzikanten. Altijd een feestje! <3
Heerlijk, eindelijk een festival waarin ik geen verantwoordelijkheden had! Gewoon komen opdagen en lekker dansen en doen waar ik zin in had! Ik keek er dus best wel naar uit.
Het terrein was groot genoeg om te voelen als een festival, met twee grote ‘danstempels’, diverse eet- en drankstandjes, wat standjes met spulletjes in de verkoop, een massagetent en kinderentertainment. Maar het was klein genoeg om bijna iedereen tegen te komen. Ik had niet verwacht dat iemand me zou missen, maar na aankomst werd ik door velen aangesproken met de vraag: “Hee, ben je net pas gearriveerd ofzo? Ik heb je gisteren helemaal niet gezien!” <3Â En wat waren er veel bekenden! Volgens mij bestond een kwart van de bezoekers uit Nederlandse balfolkies.
De meeste bands waren Franstalig en dat hebben we geweten. Niet alleen door de grote hoeveelheid rijtjesdansen en kleine-kringetjesdansen (waar ik niet bepaald interesse in heb), maar ook doordat die mensen stug in het Frans lullen op het podium, ook al is het een internationaal festival. Terwijl alle Vlaamse en Italiaanse bands wel hun best deden zich in het Engels verstaanbaar te maken. Dus regelmatig had ik zelfs geen idee wat er voor dans werd aangekondigd.
Op zondagochtend ben ik dus maar lekker op de camping blijven hangen totdat de optredens begonnen. Dat was geen straf, want Edwin, die zijn tent schuin achter de mijne bleek te hebben opgezet, had me uitgenodigd van zijn gasstelletje gebruik te komen maken om thee te kunnen maken bij het ontbijt. Dat sloeg ik uiteraard niet af, dus heb ik met hem en Tessa heerlijk in het zondagochtendzonnetje ontbeten – en hij heeft nog pannenkoeken voor me gebakken ook! Â
Ook vrijdagavond heb ik schaamteloos gebruikgemaakt van de gastvrijheid van mijn vrienden, want toen heb ik ge-dinner-crashed bij de Paracetamolletjes. Vlak na aankomst op de camping ging ik even hoi zeggen bij hun kampement en werd toen spontaan door Jan-Willem uitgenodigd om mee te eten. Gezellig! Â
Zo’n festival is eigenlijk een soort mini-vakantie. Ik ging erheen met een dans-mindset, maar ik ben altijd veel te veel bezig met dingen doen en omdat de optredens op dit festival pas ‘s middags beginnen, word je gedwongen rustig aan te doen. De meeste mensen slapen gewoon de hele ochtend bij, maar ik kan dat als ochtendmens niet, dus ik moet beter leren hangen, relaxen en kletsen – ook tussen het dansen door.
De sfeer was sowieso enorm fijn, zoals eigenlijk altijd bij balfolkies onder elkaar.
Zo zou een balfolkster die veel mensen kennen, normaal gesproken haar verjaardag op Boombal festival hebben gevierd. Maar omdat ze ongeneeslijk ziek is, kon ze er dit jaar niet meer bij zijn. Dus werd iedereen die haar kent (een behoorlijke club mensen) opgetrommeld om op die dag met z’n allen ‘Happy birthday’ voor haar te zingen, wat naar haar gelivestreamed werd via iemand z’n telefoon. <3
En ken je die foto’s van verlaten festivalterreinen, die bezaaid liggen met plastic bekertjes, achtergelaten kapotte tenten en ander afval? Hier niet. Zowel op het festivalterrein als op de camping lag er nog geen propje op de grond! Zelfs de dixies waren schoon (en werden heel goed onderhouden door de vrijwilligers, want er was zo goed als altijd toiletpapier).
Beveiligers? Nergens te zien, nergens voor nodig ook.
En toen ik vlak voor vertrek naar huis nog even van mijn laatste bonnetjes een bord pasta bestelde, en een extra bonnetje nodig bleek te hebben als borg voor het bord en bestek, mocht ik die zonder problemen gewoon zonder dat extra bonnetje meenemen. Uiteraard vertrouwden ze erop dat ik het toch wel retour bracht.Â
Zo kan het ook! <3
Massagetreintje met Rob en Andreas – want je moet natuurlijk goed voor elkaar zorgen!
Uiteraard heb ik heel veel gedanst. De optredens begonnen om half 2 ‘s middags en gingen door tot 1 uur ‘s nachts – een superbeschaafde tijd dus! Daardoor was er ook genoeg ruimte voor sessie spelen, voor degenen die dat leuk vinden.
De vloeren van de danstempels waren enorm, en hoewel er heel veel dansers waren, was er in de meeste gevallen toch nog net genoeg plek om een fatsoenlijk dansje te kunnen doen:
Kijk eens wat een energie er op zo’n dansvloer ontstaat!
Lekker met z’n allen op een hoopje muziek maken tijdens de nachtelijke sessie, zoals het hoort!Het fijne van zo’n groot festival is dat er doorgaans vooral ervaren dansers op af komen, dus je kunt een willekeurig onbekend iemand ten dans vragen en meestal komt het dan wel goed. Â
Wat dat betreft was het dus jammer dat ik zondagavond alweer naar huis moest. Het festival duurde van woensdagavond tot zondagnacht (met de mogelijkheid om op maandag pas van de camping te vertrekken), dus ik had nog veel langer ervan kunnen genieten. Maar van de andere kant vind ik 4,5e dag eigenlijk wel wat heftig. Twee te korte overnachtingen in een tentje red ik nog wel, maar heel veel langer trek ik toch niet zo goed vrees ik (ik ben zondag immers 45 geworden  ). Dus ik moet me nog even bezinnen hoe lang ik volgend jaar wil gaan. Want ja, ik wil er zeker nog een keer heen, al betekent dat dat ik waarschijnlijk weer mijn verjaardag moet gaan verzetten…
Ik moet bekennen dat ik er vooraf een beetje tegenop zag. Wat had ik me nu weer op de hals gehaald? Ik had namelijk voor de derde keer toegezegd dat ik zou meehelpen met de instrumentenproeverij van Stichting Draailier & Doedelzak, maar waar ik de eerste keer nog had aangegeven dat ik alleen halve dagen wilde draaien, en vorig jaar ruime pauzes had ingepland, zag het er naar uit dat ik dit jaar full-time in het Koetshuis aanwezig ging zijn en zelf amper iets van het festival mee zou krijgen. Want er waren dit jaar maar 3 in plaats van 4 doedelzakdocenten en bovendien vielen bijna alle bands die ik wilde horen en dingen die ik wilde doen, tegelijk met een eetpauze (waarin je of zelf moet eten, of je collega’s die aan het eten zijn moet vervangen), of tijdens een gezamenlijk opruim-/afbreekmoment, wanneer het dus niet sociaal is als je er tussenuit piept. Waarom gaat dat toch altijd zo bij mij? Ik doe iets leuks, dan neem ik wat vrijwilligerstaken op me, en voordat ik het weet ben ik ineens ergens volledig in betrokken…
Verder is er bij Castlefest altijd logistiek gedoe. Hoe krijg je al je meuk het terrein op, en hoe krijg je het er naderhand weer vanaf?
En ik miste mijn vriendje… die zat op Wacken terwijl ik op Castlefest zat, maar eigenlijk waren we het liefste samen geweest. <3
Maar toch is het evenement op het moment zelf altijd weer heel leuk, wegen de mooie momenten ruimschoots op tegen de mindere, en neem ik me voor om het volgend jaar weer te doen. Â
Gelukkig compenseerden de blije bezoekers en goede sfeer al dat gedoe er omheen. Want wat was het druk bij onze stand! Alleen op zondagochtend was het even rustig; op vrijdag, zaterdag en zondagmiddag was er een continue stroom van mensen die onze instrumenten (draailier, doedelzak, trekharmonica en nyckelharpa) wilden uitproberen! De doedelzakken leken een stuk populairder dan vorige jaren, en hadden we vorig jaar nog een aantal dronken kerels die vooral kwamen voor een lolletje, dit jaar was zo goed als iedereen echt oprecht geïnteresseerd. Niet alleen in de uitprobeerworkshops, maar ik denk dat er ook zeker een hoop mensen zich daadwerkelijk willen gaan inschrijven voor de lessenreeks of workshopdag!
Een van de doedelzakworkshopjes (yay voor goed weer!)
Foto door Orkfotografie
Foto door Anouk Pross Photography
Er waren twee meisjes die de doedelzakworkshop zo leuk hadden gevonden, dat ze even later een aantal van ons een zelfgeknoopt armbandje cadeau kwamen geven. En iemand die ik had uitgelegd hoe de doedelzak werkte, liet me op mijn beurt zijn tuba uitproberen! (Dat bleek veel makkelijker dan het eruit zag, ik kreeg gelijk geluid uit het enorme ding en blies initieel zelfs te hard )
Verder was er een heel leuk stelletje, verkleed als Rapunzel en Flynn Rider (die zó goed leek dat hij rechtstreeks uit de film gestapt had kunnen zijn!), die zo enthousiast waren nadat ze vrijdag wat instrumenten hadden uitgeprobeerd, dat ze zondag terugkwamen en aan me vroegen of ze alsjeblieft nog even een instrument mochten lenen, omdat ze zo graag samen iets wilden spelen: hij op doedelzak en zij op draailier. En of iemand hen dan een melodietje kon leren? Natuurlijk kon dat! Dit soort enthousiasme en muziekgroepjes in wording moeten we uiteraard stimuleren! Â
Hoewel de timing van onze pauzes en concertjes dus niet altijd optimaal was, heb ik toch diverse van die in het koetshuis geplande mini-concertjes mee kunnen krijgen. Dat heeft Stichting Draailier & Doedelzak namelijk mooi geregeld: de bands die er sowieso zijn om op de podia van Castlefest te spelen en die gebruik maken van een of meer instrumenten die we promoten, worden uitgenodigd om het bij ons nog een keer dunnetjes over te komen doen. Dat zorgt ook weer voor veel extra binnenloop en voor ons is het natuurlijk ook erg leuk.
Hot Griselda’s mini-concertje, gezien vanaf mijn plek achter de instrumententafel.
Doordat ik veel bezig was met de workshops, heb ik niet heel veel vrienden ontmoet, terwijl ik zeker weet dat er sloten met bekenden op het festival aanwezig zijn geweest. Sommige mensen, waaronder een groepje vrienden van Richard, zijn me actief komen opzoeken in het koetshuis om even hoi te zeggen (en soms zelfs overtuigd te worden een doedelzak uit te proberen   ). Dat was natuurlijk erg leuk, al had ik helaas niet de tijd om met iedereen een praatje te maken (bij dezen sorry!).
Na 9 uur ‘s avonds waren we sowieso vrij, alleen waren dan natuurlijk veel andere standjes ook al dicht. We mogen gelukkig de backstage zones in, wat betekent dat we daar lekker konden hangen met gratis drankjes en snacks. Luxe hoor! Â
‘s Avonds met een deel van het team in een van de backstage zones
Op zondag was het ook echt loeidruk! Het publiek bleef ‘s ochtends maar langs ons binnenstromen en ‘s middags was er ook continu volk dat even bleef staan om te luisteren. En er zijn een hoop kinderen geweest die kwamen dansen – zelfs dezelfden meermaals op een dag! Â
Mijn ouders waren zondag ook voor het eerst even langsgekomen! Montfort is namelijk de enige evenementlocatie die enigszins dicht bij hen in de buurt is, dus ze hadden hun kans gegrepen om te komen luisteren. (Niet dat ze vervolgens bij even ons in de tent kwamen buurten om te kletsen of een rondleiding te krijgen ofzo hè… ze waren alweer naar huis voordat ik het wist, omdat ze ons niet wilden storen. Zucht.  )
Afgelopen zaterdag speelden we met De Soete Inval tijdens het Ontzet festival in Steenwijk. De dag begon wat matig, onder andere door de vele regenval, waardoor we tussen alle buien door moesten zoeken naar overdekte speelplekjes en soms halverwege speelsessies moesten vluchten naar een afdakje. Verder kreeg ik het idee dat onze contactpersoon niet heel tevreden was geweest over ons optreden van vorig jaar (waar ik niet bij was), omdat ze zei dat ze ons vorig jaar helemaal niet had gezien gedurende de dag! (Uiteraard hadden mijn bandgenootjes wel veel gespeeld, maar het kan natuurlijk zijn dat je ons net misloopt – we kunnen niet overal tegelijk zijn.) Ze gaf aan dat we vooral in de winkelstraten moesten gaan spelen, omdat we door de winkeliers betaald werden. En ook op de markt, op de momenten dat daar even niets was. (Leuke uitdaging, als je al blij moet zijn als je uberhaupt ergens kunt spelen gezien de regen…) Nou, wij dus de winkelstraat in, waar we ons onder een leegstaand kraampje positioneerden om de volgende stortbui te slim af te zijn. Na een paar nummertjes vroeg de marktkoopman ernaast of we alsjeblieft ergens anders wilden gaan spelen, want hij kon zijn klanten niet verstaan… Mjah, we hebben het geprobeerd zullen we maar zeggen… Â
foto door Luc van Erkelens
Maar al snel werd het leuker. De regen hield rond een uur of 2 op, waardoor er ook meer bezoekers kwamen en we fijner hebben kunnen spelen. En er waren nu juist leuke interacties met winkeliers. We stonden op een gegeven moment voor de deur van een winkel, die dicht leek. Maar toen we inzetten, deed de winkelier de deur open. Wij gelijk: “Sorry, we zullen ergens anders gaan staan!” De winkelier: “Nee hoor, ik doe de deur open omdat ik jullie wil horen!” Â
Nog gezelliger was het met de andere muziekgroep, Hailander. Die kwamen spontaan met ons mee spelen toen we bij een terrasje stonden te musiceren en boden ons daarna een drankje op betreffende terras aan. Daar zeiden we natuurlijk geen nee tegen! Het waren erg gezellige, spontane mensen en dus spraken we af om een kwartier voor het eind van het festival weer op dezelfde plek samen te komen om wat nummertjes te spelen als gezamenlijke afronding. Zo gezegd, zo gedaan! Het publiek vond het volgens mij ook hilarisch, zo’n geïmproviseerd zootje ongeregeld met nummers als ‘Roodborstje tikt’ Â
De pipe band van Jaco had ook nog een hilarisch moment met een van de piekeniers-groepen: die laatste kwamen aangemarcheerd richting het ontmoetingspunt, terwijl de pipe band net klaarstond om te vertrekken. Wat niet lukte, omdat die piekeniers in de weg stonden. De piekeniers besloten heel stoer hun pieken te zakken en een dreigende houding aan te nemen. Ha! Stand off!!
Vervolgens, een van de piekeniers: “Euh, en nu…?” Â
Ze hebben het heel hoffelijk opgelost door de piekeniers in rijen van 3 te laten staan en de pipers in rijen van 2, zodat die tussen hen door weg konden marcheren. Briljant! Â
Dus al met al was het toch een leuke en geslaagde dag!
Hoera voor muzikanten die hun 40e verjaardag groots vieren! Niek was jarig en organiseerde daarom gisteravond een folkbal in Rijen, waar maar liefst 4 bands optraden: Two Catch a Raindrop, e = m(T2), Paracetamol en BmB – en in maar liefst drie daarvan speelde hij dus zelf. Da’s pas toewijding!
Ik was bijna vergeten dat ik een kaartje had gekocht, want dit weekend heb ik verder he-le-maal niets! Ik had het weekend vrijgehouden voor een optreden met De Soete Inval, maar we kregen redelijk laat te horen dat de offerte niet geaccepteerd was, en toen had ik ineens een weekend geen afspraken! Nou ja, behalve dit bal dan, dat ik toch voor de zekerheid had genoteerd in mijn agenda.
Ik was blij dat ik toch kon gaan, want het was een leuk feestje, met zeer veel bekende gezichten en fijne dansjes. Maar ook veel lokale nieuwelingen die we de dansvloer op konden sleuren en de pasjes konden leren.
Het werd wel laat, want de planning liep nogal uit. Eigenlijk had de laatste band om kwart voor 1 ‘s nachts moeten eindigen, wat ik al behoorlijk laat vond aangezien ik nog een uur terug moest rijden, maar in praktijk liep ik pas om kwart voor 2 het pand uit en lag ik pas om 3 uur in mijn bedje… (Ik had natuurlijk eerder naar huis kunnen gaan, maar ja, ik zou het heel sneu hebben gevonden voor de laatste band als de dansvloer dan uitgestorven zou zijn. Zeker als je muziekvriendjes in die band spelen, wil je ze steunen!)
Gelukkig lukte het me om vanochtend lang in bed te blijven slapen en ben ik nu weer redelijk uitgerust, en kan ik proberen er nog een productieve dag van te maken. Want juist doordat ik geen afspraken heb, kan ik lekker een hoop andere dingen gaan doen die op mijn lijstje staan! ^_^